Kapper Jack kan weer lachen. Niet alleen de professionele glimlach waarmee hij klanten en voorbijgangers van zijn hoekwinkeltje aan de Apeldoornselaan doorgaans vriendelijk toeknikt, maar een intens stralende glimlach siert sinds enkele dagen het gelaat van onze zakelijke achterbuurman. Hij heeft hier dan ook een gegronde reden voor; de virtuele postbode bracht hem eindelijk goed nieuws in een voortslepend meningsverschil met veel te hoge bomen.
Het begon ooit, zoals in oude jongensboeken, allemaal klein en onschuldig. Na veertien jaar knippen, wassen en watergolven in de kleine salon aan de Apeldoornselaan, moesten kapper en huisbaas met elkaar in conclaaf over de verlenging van het vijfjarig huurcontract. Helaas werd de gekoesterde wens van Jack om het kapperspand van zijn huisbaas over te nemen niet juichend door de wederpartij ontvangen, waarop de kapper zijn toevlucht zocht bij een lokaal makelaarskantoor. Uiteraard beloofde de huizenhandelaar dat alles goed zou komen. Een uitspraak die hij nog leek waar te maken ook, want al snel werd Jack door zijn makelaar geattendeerd op een geschikte locatie die niet ver van zijn huidige bedrijfspand lag. De kapper was in zijn nopjes. Niet alleen met de gedachte aan het eigendomsrecht van zijn nieuwe perceel, maar vooral met het feit dat deze nieuwe salon over zoveel extra leefruimte beschikte dat hij er, in theorie, zou kunnen gaan wonen.
De financiering verliep soepel, de benodigde handtekeningen werden snel gezet en een aangewezen aannemer begon voortvarend met de verbouwing van het nieuwe kapperspand. De catalogus voor een moderne saloninventaris werd gretig uitgeplozen, de visitekaartjes waren al gedrukt en als kers op de taart moest alleen een vergunningsaanvraag voor de nieuwe lichtgevelreclame nog naar het stadhuis worden verzonden. En dáár ging het mis.
Een wakkere ambtenaar ontdekte dat de vorige grondbezitter, na bedrijfsbeëindiging, de gecombineerde bedrijfs- en woonmogelijkheid van het perceel had laten terugzetten in functie. Een amendement waar het stadhuis wél, maar de makelaar níét van op de hoogte was. Uiteraard kon een herzieningsaanvraag voor dit vonnis worden ingediend, maar zo lang het perceel als louter woonruimte geregistreerd stond, mocht de kapper geen haar knippen in zijn nieuwe salon. Een herziening kost echter tijd. En tijd kost geld. Zéker voor een kleine kapper.
Twee jaar lang knipte Jack zes dagen per week de huur voor zijn hoekpandje, de hypotheek op zijn huis, de hypotheek voor het onbruikbare bedrijfspand en alle overige maandlasten bij elkaar. Het spreekwoordelijke water steeg steeds verder naar zijn lippen en het vet dat hem liet drijven slonk met de maand verder van zijn botten. De gemeente voelde zich echter niet aansprakelijk voor de voortslepende impasse en ook de makelaar leek niet genegen om, zonder uitspraak van gerechtigde instanties, de koopovereenkomst zonder slag of stoot ongedaan te maken. De eerste grijze haren toonden meedogenloos dat deze situatie Jack alleen maar wijsheid bracht.
Gelukkig is al dit leed nu geleden. Per elektronische post ontving de beroepsbarbier deze week het gemeentelijke goedkeuringsstempel voor zijn nieuwe bedrijfsplannen en sindsdien is een voorzichtige twinkeling terug in zijn ogen. “Per schouder ben ik honderd kilo lichter” glundert hij deze middag voor het hoekpandje aan de Apeldoornselaan, al blijkt snel dat ook deze overwinning een keerzijde heeft. “Het geld voor de nieuwe inrichting is na die twee jaar wel op”, concludeert Jack op licht bittere toon. “En het oude meubilair is niet geschikt voor de nieuwe ruimte.” Even staart hij bedenkelijk voor zich uit, maar dan, als een opgelaaid vuur, vervolgt hij: “Na al die tijd kunnen die laatste maanden er ook nog wel bij. Het gaat niet zo snel als ik gehoopt had, maar die nieuwe salon komt er! Al heb ik nog geen idee wanneer…”
Met een tevreden glimlach stapt de kapper terug zijn winkel in. Nog even en de goede buurman wordt een verre vriend. Maar hém is het gegund!
Leave a reply
You must be logged in to post a comment.